Kun je werken tijdens chemo of bestraling?
Werk is een belangrijk onderdeel van het leven, ook als je ziek bent. Wanneer een medewerker ziek wordt, moet die dus samen met de werkgever bepalen of en hoe hij of zij wil doorwerken. Een veel gestelde vraag daarbij is: kun je eigenlijk wel doorwerken als je behandeld wordt? BACO Ton Jenner (bedrijfsarts consulent oncologie) geeft antwoord. Hij is gespecialiseerd in de begeleiding van werknemers met kanker. In zijn spreekkamer krijgt hij vaak vragen over wat er ‘mag’ en ‘kan’ qua werk. Een paar vragen hebben we voor je op een rij gezet.
“Bepaal wat goed voelt en waar je zelf behoefte aan hebt”
Mag je werken tijdens de behandelingen?
‘Alles wat kan, dat mag. Als jij je in staat voelt om iets te doen, dan moet je dat vooral doen. Het leidt af van het ziek zijn en de meeste mensen vinden het prettig om te werken. Ook het contact met collega’s is voor mensen vaak belangrijk. Dus luister vooral naar je eigen lijf en doe wat goed voelt.’
Wanneer heb je de meeste last van behandelingen?
‘Van chemotherapie voelt bijna iedereen zich beroerd. Welk effect het precies heeft, is per soort behandeling en per persoon verschillend. Toch kun je wel een paar dingen voorspellen. De meeste chemotherapieën vinden eens in de drie weken plaats en over het algemeen voelt elke volgende kuur zwaarder dan die ervoor. Vaak gaat het om zes tot acht kuren, dus een half jaar ben je daar snel mee bezig. Meestal voel je je bij elke kuur tijdens de eerste week het meest ziek ervan, daarna ebt dat effect langzaam weg.
Een modus die veel patiënten hanteren is; de eerste week veel rust nemen, de tweede week langzaam opknappen en tijd besteden aan jezelf en je gezin en de derde week weer een beetje werken. Let wel, dit is echt voor iedereen heel verschillend. Ook hier geldt: bepaal wat goed voelt en waar je zelf behoefte aan hebt.’
Wat zijn de ‘late effecten’ waar mensen het wel eens over hebben?
‘Iedereen weet inmiddels wel dat iemand zich van chemotherapie slecht voelt en dat je daar rekening mee moet houden. Veel minder bekend is dat de effecten van de kanker en de behandelingen nog lang doorwerken, ook nadat iemand helemaal ‘schoon’ is verklaard. De meest voorkomende late effecten zijn vermoeidheid, moeite om je te concentreren, moeite om dingen te onthouden, uitval van zenuwen in handen en voeten, angst, somberheid of depressie en stressklachten. Dit soort klachten kunnen nog maanden of zelfs jaren spelen.’
Waarom zijn die late effecten zo verraderlijk?
‘De persoon die te maken heeft met deze effecten, heeft er in de eerste plaats zelf last van, maar voelt zich vaak ook schuldig naar collega’s of klanten. Onbedoeld werkt de omgeving ook niet altijd mee. Mensen geven complimenten omdat je er weer zo goed uitziet, maar zo voel je je misschien helemaal niet. Iedereen lijkt opgelucht dat het ‘voorbij’ is en jij wilt daarom misschien niet ter sprake brengen dat het helemaal nog niet zo lekker gaat. Daardoor zie ik vaak dat er na re-integratie een ‘de-integratie’ plaatsvindt. Een werknemer wil, ondanks de vermoeidheidsklachten, zo graag het werk goed doen, dat hij of zij tijd gaat afsnoepen van privé. Iemand gaat bijvoorbeeld niet meer naar een sportles, laat een verjaardag schieten of gaat niet meer naar een hobbyclub. Dat werkt averechts, want juist die activiteiten zijn hard nodig in het herstel. Dus het is belangrijk tijdig aan de bel te trekken en eerlijk te zijn over zulke late effecten. Dan kunnen werknemer en werkgever in overleg de taken of de werksituatie aanpakken.’
Wat kan de werkgever doen?
‘Met name de leidinggevende speelt hierin een belangrijke rol. Die moet zich ten eerste realiseren dat zulke effecten kunnen spelen en weten hoe hij of zij die kan herkennen. Tijdens de Nationale Kanker en Werk Dag besteden we daar bijvoorbeeld aandacht aan. Ten tweede is het belangrijk dat de leidinggevende het gemakkelijk maakt voor de medewerker om hierover te praten. Plan bijvoorbeeld een wekelijks praatje in, formeel of informeel en luister met aandacht. Tot slot is het belangrijk dat je ook iets met die signalen dóet. Dus niet alleen zeggen ‘doe dan maar wat rustiger aan’ maar concreet stappen nemen die de werknemer helpen, bijvoorbeeld door het takenpakket aan te passen.’
Wat kan de werknemer zelf doen?
‘Het belangrijkst is, dat je je realiseert dat het niet iets is om je voor de schamen of om te verbergen. Jij kunt er niets aan doen, heel veel mensen hebben met deze late effecten te maken. Ga in ieder geval niet proberen het op te vangen vanuit je privétijd. Dus ben eerlijk en open over hoe het gaat en denk mee over mogelijke aanpassingen in je werk die je nodig hebt. Als je het lastig vindt om dit met je leidinggevende te bespreken, kun je misschien een collega in vertrouwen nemen, of iemand bij HR. Vergeet ook de bedrijfsarts niet, die is er juist om jou te helpen om je mogelijkheden te vertalen naar je werksituatie.’
Wil je meer weten over hoe je zulke late effecten herkent en hoe je ze bespreekbaar maakt? Neem dan deel aan de Nationale Kanker en Werk Dag op 15 maart 2022. Bekijk hier het hele programma en schrijf je in!